Conflict in Contact V

Afgelopen vrijdag (8 december 2017) vond in Leuven (België) de vijfde editie van ‘Conflict in Contact’ plaats. Op deze jaarlijkse contactdag over conflictarcheologie krijgen onderzoekers de mogelijkheid om hun resultaten te delen met alle geïnteresseerden.

De doelgroep reikt van archeologen en archeologiestudenten tot historici, antropologen, amateurs van allerlei strekking en alle andere geïnteresseerden. Diverse slagvelden of archeologische sporen met een link naar een conflict van de prehistorie, via de middeleeuwen, Eerste en Tweede Wereldoorlog in en in de directe omgeving van Vlaanderen en daarbuiten komen aan bod.

Dit jaar werden er elf presentaties gegeven met sprekers uit met name Vlaanderen, maar ook uit Nederland, Spanje, Wallonië en Groot-Brittannië. Er waren rond de 90 bezoekers.

Battlefield archaeology in Spain 

1 spaanse burgeroorlog

Foto: Spaans archeoloog Gonzáles-Ruibal toont archeologisch vondstmateriaal van een slag tijdens de Spaanse Burgeroorlog: munitie en stoffelijke resten.

Key note spreker van deze editie was de Spaanse archeoloog Alfredo Gonzáles-Ruibal van de Spanish National Research Council (CSIC). González-Ruibal gaf een overzicht van battlefield archeology (slagveldarcheologie) in Spanje. Dit zijn diverse onderzoeken die over een periode van de afgelopen tien jaar zijn uitgevoerd. De slagvelden die hierbij werden aangedaan, zijn die van Spaanse Burgeroorlog (1936-1939): een periode van bloedige conflicten die ietwat ondergesneeuwd is in het collectieve geheugen. Beweerd wordt dat dit de eigenlijke start was van de Tweede Wereldoorlog.

Meerdere verschillende slagvelden zijn onderzocht. Meerdere hiervan liggen in verlaten en afgelegen gebieden waarbij het landschap niet aangetast is door naoorlogse processen zoals landbouw: een situatie die in Nederland amper voorkomt. Dit resulteerde in het aantreffen van sporen en vondsten op het maaiveld. Stellingen waren nagenoeg onaangetast door mens of natuur, verschoten en scherpe munitie, uitrusting, persoonlijke bezittingen en zelfs meerdere veldgraven werden op het maaiveld of daar vlak onder aangetroffen. Ook deze situatie is anders dan in Nederland: conventionele explosieven of munitie worden benaderd door OCE-bedrijven en daarna overgedragen aan de Explosieven Opruimingsdienst (EOD). Veldgraven en andere stoffelijke resten uit de oorlog worden enkel geborgen en geïdentificeerd door de Bergings- en Identificatiedienst (BIDKL) of Gravendienst.

Enkele van de door Gonzáles-Ruibal en zijn collega’s onderzochte slagen zijn zelfs in het geheugen van de Spaanse bevolking nagenoeg vergeten. Het archeologisch veldonderzoek bracht meer informatie over deze forgotten battles aan het licht.

Meerdere van zijn werken zijn via Academia te lezen (klik).

Guardians of the Fallen 

2 cwgc

Foto hierboven: een onwenselijke situatie waarbij metaaldetectorzoekers in dit geval twee Australische gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog ‘bergen’, waarbij niet alleen de oorspronkelijk ligging van de stoffelijke resten wordt aangetast, maar ook uitrusting of persoonlijke bezittingen verdwijnen voordat de CWGC ter plaats komt. 

Een Britse en Vlaamse spreker gaven informatie over hun werk bij de Commonwealth War Graves Commission (CWGC). Deze organisatie bergt en identificeert alle gesneuvelde militairen van de (Britse) Commonwealth of Gemenebest: Groot-Brittannië en zijn voormalige kolonies en mandaatgebieden. De CWGC werd opgericht tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het hoge aantal slachtoffers was aan het begin van dit conflict onvoorzien. Hierdoor bleek het noodzakelijk om een uitgebreidere administratie bij te houden, waardoor de Graves Registration Units werden geboren. Gekozen werd om de troepen van de Commonwealth ‘onder één vlag’ te begraven. Hiertoe behoren met name Britten, Schotten, Ieren, Canadezen en Australiërs. Een verschil in de militaire teraardebestelling ten opzichte van andere landen, is dat de Amerikanen hebben gekozen voor één centrale locatie (zoals Margraten in Nederlands Limburg). De CWGC begraaft hun gesneuvelden lokaal of regionaal, waardoor vele honderden van dit soort begraafplaatsen bestaat.

De CWGC identificeert de gesneuvelden en zorgt tevens voor de uitvaart met militaire eer. Als dit lukt, wordt hierbij ook familie uitgenodigd. Daarnaast treden zij op bij de berging van een gesneuvelde. Een interessante noot tijdens de presentatie hierbij is, dat zij de berging van een gesneuvelde door archeologen toestaan. De CWGC gaat er vanuit dat een archeoloog in staat is om deze handeling met voldoende bekwaamheid en kwaliteit uit te voeren. Deze situatie bestaat in Nederland niet, zoals hierboven ook aangegeven. In meerdere landen, waaronder in Frankrijk, is het bergen van gesneuvelden door particulieren niet verboden. De CWGC geeft echter wel aan dat dit niet hun voorkeur geniet. Enkele praktijkvoorbeelden in de presentatie gaven aan hoe bijvoorbeeld zoekers met de metaaldetector te werk gaan (zie foto hierboven). Door het onzorgvuldig bergen kan het lastiger zijn om gesneuvelden te identificeren. Ook werd aangegeven dat het erg ‘toevallig’ was dat gesneuvelden in de regel uitrusting en andere metalen objecten bij zich dragen, zeer bruikbaar voor een identificatie – maar dat als hier eerst particulieren bij zijn geweest dit soort objecten ‘niet aangetroffen’ werden.

Overige presentaties 

Enkele andere presentaties werden gegeven, waaronder een Franstalig overzicht van conflictarcheologie in Wallonië door Michèle Dosogne, een overzicht van archeologische voorbeelden uit alle drie de slagen om Ieper (WO I) door mede-organisator Simon Verdegem, en een presentatie over de opgraving van een Lancaster-bommenwerper te Glabbeek (Vlaams-Brabant) door Cynrik de Decker. Zoals in eerdere berichten aangegeven, gaf ik zelf een presentatie met de eerste resultaten van het historisch en archeologisch onderzoek naar Luftwaffe-complex Teerose III op de Veluwezoom.

3 teerose

Foto hierboven: presentatie van de eerste resultaten van het onderzoek op Teerose III (foto’s met dank aan N. Warmerdam en D. Beckers). 

4 captain walker

Foto hierboven: ook in Vlaanderen worden stoffelijke resten die worden aangetroffen op archeologische wijze behandeld. Hierdoor kon onder meer de Nieuw-Zeelander captain Henry John Innes Walker worden geïdentificeerd. Hij stierf nabij Langemark in april 1915 (meer info: www.hln.be/showbizz/tv/dit-is-kapitein-walker-101-jaar-nadat-hij-sneuvelde-in-langemark-krijgt-deze-militair-eindelijk-een-gezicht~a175feb8/

5 lancaster horloge

Foto hierboven: Cynrik de Decker toont tijdens zijn presentatie over de opgraving van een Lancaster-bommenwerper een van de aangetroffen persoonlijke bezittingen van de omgekomen bemanning. Dit horloge staat stil op het moment dat het toestel crashte. 

 

Volgend jaar vindt het congres plaats in Ieper.

Meer info over Conflict in Contact:
www.erfgoedcelco7.be/conflictincontact 

One thought on “Conflict in Contact V

  1. Erg belangrijk deze meer dan nationale interesse. Alleen op een soortgelijke manier kunnen we tot 1 geheel komen of iets in die richting. Bravo..

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s

%d bloggers like this: